Mediteer je weleens zonder iets ongemakkelijks tegen te komen? Dan heb je waarschijnlijk niet zitten mediteren maar prettig zitten dagdromen.
Mediteer je weleens zonder dat je je concentratie verliest? Dat is hoogst onwaarschijnlijk. Ons brein is namelijk geprogrammeerd om naar afleiding te zoeken.
Bij een goede meditatie horen hindernissen zoals het verlies van concentratie of het ervaren van ongemakkelijke gevoelens. Hindernissen zijn juist de uitdagingen die we nodig hebben om onze ‘aandachtsspier’ te trainen. Hindernissen zijn eigenlijk helemaal geen hindernissen, het zijn nieuwe kansen!
Gewoontesporen
We dagen namelijk door onze meditatietraining ons brein uit, om uit zijn gewoontesporen te komen. Een van de gewoontepatronen van ons brein is bij voorbeeld dat het altijd weer zoekt naar nieuwigheden. Dat is evolutionair nu eenmaal zo gegroeid, zodat we niets in onze omgeving over het hoofd zien, wat ons overleven zou kunnen bedreigen of zou kunnen vergemakkelijken. Dus, aan zichzelf overgelaten, zoekt ons brein naar nieuwe prikkels. Wat doen we in meditatie? We slaan het hele gedoetje gade en oefenen ons om terug te keren naar het hier en nu. We leren ons brein te temmen.
Vaardig navigeren
Het opmerken van hindernissen tijdens onze meditatie is daarbij de noodzakelijke uitdaging. Een uitdaging die nodig is om vaardig te leren navigeren in de innerlijke wereld van ons bewustzijn. Ons brein verandert daarbij mee, want alles wat we aandacht geven heeft tot gevolg dat neuronale netwerken in onze hersenen groeien en veranderen. Zo zijn we niet langer overgeleverd aan onze gewoontesporen maar kunnen we scheppend deelnemen aan het functioneren van ons brein. Hoe gaat dat concreet in zijn werk?
Boeddhistische meditatietraining en ons brein
De boeddhistische psychologie geeft ons hierbij een systematische training: we leren lichaam, stemming en gedachten op te merken. Deze drie gebieden matchen precies met drie verschillende lagen in ons brein, die op elkaar bouwen: hersenstam, limbisch systeem en neocortex.
In een meditatietraining richten we onze aandacht op de directe ervaring van onze adem en ons lichaam. Met het gevolg dat de diepste laag in ons brein in balans komt: de hersenstam. We leren onze emoties met gelijkmoedigheid op te merken, en daardoor kalmeert het tweede gebied in onze hersenen: het limbisch systeem. En we leren de activiteit van onze gedachten, beelden en verhalen op te merken, zonder in de inhoud ervan gevangen te raken: de neocortex mag ontspannen.
Overzicht en keuzevrijheid
Traditioneel zijn er volgens de boeddhistische psychologie 5 hindernissen als we mediteren: onrust, slaperigheid, weerstand, verlangen en twijfel.
En dat vinden we precies ook weer in de drie lagen in ons brein: Onrust en slaperigheid zijn de fysieke hindernissen die we tegen kunnen komen. Zij horen bij de hersenstam. Verlangen en afkeer zijn de emotioneel geladen hindernissen en die horen bij het limbische systeem. En twijfel is een typische activiteit van ons denkend vermogen die zetelt in de neocortex.
Bewust waarnemen hoe deze hindernissen in ons werkzaam zijn, activeert een tweede deel van onze neocortex: onze prefrontale cortex, het besturingssysteem in ons brein. We krijgen overzicht en keuzevrijheid!
Hoe wisten de boeddhisten dit al 2500 jaar geleden (en dat zonder hersenscans)?
Dorle Lommatzsch
Docent Mindful Coachen en Mindful Management