Je bekijkt nu Mindfulness in relaties – de eerste stap: aanwezig zijn

Mindfulness in relaties – de eerste stap: aanwezig zijn

Blog 4 in de serie Mindfulness in Relaties

Wat gebeurt er als we onze open, vriendelijke en niet-oordelende aandacht richten op onze relaties? Wat ontdekken we dan? En hoe beïnvloedt open, vriendelijke en niet-oordelende aandacht onze relatie met de ander en met onszelf?

Net als bij onze individuele meditatietraining kunnen we beginnen met het opmerken van gedachtes, gevoelens en sensaties. Naast onze eigen gedachten, gevoelens en sensaties die onszelf betreffen hebben we ook gedachtes over de ander, we ervaren emoties rondom de ander en we nemen lichamelijke sensaties waar die de ander bij ons oproept. We worden uitgenodigd dit met een open geest op te merken.

Een vierde dimensie

Maar daarnaast gebeurt er nog iets anders. We openen ons namelijk voor een vierde dimensie van aandacht. We maken gebruik van onze gevoeligheid in de ruimte. We maken gebruik van ons relationeel zintuig. Ik noem dit graag het ‘wij-zintuig’. Hoe gaat dat in zijn werk?

Het autonome zenuwstelsel

Zodra er een ander mens in onze ruimte verschijnt registreert ons wij-zintuig feilloos de aanwezigheid van de ander. De fysieke basis van ons wij-zintuig is ons autonome zenuwstelsel (AZS). Het is ervoor gemaakt de sociale ruimte om ons heen af te tasten op veilige en onveilige condities. We zijn via ons autonome zenuwstelsel in staat de aanwezigheid van de ander ‘te lezen’.

Dit ‘lezen’ van de ander gebeurt op drie gebieden:

  • We tasten af of de ander veilig is of onveilig (via de dorsale vagus).
  • We onderzoeken of het contact ons tevreden maakt of onbevredigend is (via de sympathicus)
  • We onderzoeken of we sociaal gewild, gewaardeerd en gezien worden of dat het tegendeel het geval is (via de ventrale vagus).

Denk niet dat dit bewuste processen zijn. Nee, dit gaat razendsnel en onbewust. Alleen onze instinctieve lagen van ons brein zijn hierbij betrokken. Wél kunnen we er bewust van worden. Met mindfulness kunnen we dit ook bewust exploreren. Dan doet ook onze neocortex mee aan het onderzoek zodat we meer keuzevrijheid krijgen en creatief kunnen reageren op wat er zonder ons toedoen automatisch gebeurt in ons instinctieve brein.

Veilige bedding

Wat maakt dat we veilig bij elkaar kunnen zijn bij een mindful onderzoek naar relaties? Dat is precies dezelfde basishouding die we nodig hebben bij onze individuele beoefening: een uitnodiging tot open, milde en niet oordelende aanwezigheid. We geven die aan onszelf – en nodigen ons uit de ander vanuit deze basishouding tegemoet te treden. En omdat er onherroepelijk oordelen over de ander op zullen duiken, geven we onszelf toestemming onze oordelen over de ander met mildheid en vriendelijkheid onder ogen te zien, ze als oordelen te herkennen en zo mogelijk los te laten.  Is deze basis eenmaal gelegd, dan kunnen we open en nieuwsgierig beginnen met exploreren van onze relationele dimensie. Wat is hierbij de eerste stap?

Aanwezigheid opmerken

Als we een ander toelaten in onze ruimte – zonder voorwaarden, zonder plannen, zonder oordeel – en als we niet direct praten, aanraken of uitwisselen, wat blijft er dan over?

Dan ervaren we de kwaliteit van aanwezigheid. Ons vermogen om simpelweg aanwezig te zijn in de ontmoeting met de ander is een soort oercommunicatie. We leren waar te nemen dat aanwezigheid de grond is van elke relatie. Door onvoorwaardelijke aanwezigheid geven we een bedding aan communicatie waarin we ons gezien en gehoord voelen. We zijn present voor onszelf en schenken onze presentie aan de ander.

Aandachtig gebaar

Een manier om deze wezenlijke dimensie van samenzijn – onze aanwezigheid in een gezamenlijke ruimte – helderder op te merken en samen te verkennen is het waarnemen van een gebaar.

Waarom is dat zo? Gebaren drukken iets uit van ons wezen. Met een gebaar kunnen we soms meer uitdrukken dan met woorden. Een gebaar kan iets kostbaars in ons wakker én zichtbaar maken. Gebaren geven kleur en smaak aan onze aanwezigheid. Een gebaar is taal die ook zonder woorden duidelijk tot ons spreekt. Misschien zijn onze gebaren ook uitdrukking van de dynamiek van ons wij-zintuig?

In de volgende oefening kun je deze oercommunicatie – samen met een partner –  meditatief verkennen.

Oefening: Aanwezigheid verkennen

Deze oefening doe je samen met een partner. Lees eerst de hele oefening met elkaar door, zodat je wat zicht hebt op de verschillende stappen. Spreek vervolgens af, wie van jullie het eerste een gebaar zal maken.

Ga met z’n tweeën bij elkaar zitten. Neem de tijd om te verkennen welke afstand en hoek tot elkaar gemakkelijk en natuurlijk voelt. Alles goed? Dan kan de oefening beginnen.

Je partner en jij richten je aandacht eerst op jezelf.

Voel je contact met de grond, laat je buik vrij ademen.

Zit je gemakkelijk?

Geef elkaar een paar minuten om samen te ademen.

Leg dan je rechterhand in je linker, met de palmen naar boven.

Je handen maken een kom. Laat de duimen elkaar raken.

Laat je handen en armen zo gemakkelijk mogelijk rusten op je benen, ongeveer twee vingers breed onder je navel.

Je partner hoeft niets anders te doen dan jouw gebaar en jouw gestalte op te merken en daarbij aanwezig te zijn.

Voel je handen.

Hoe is het voor jou om zo’n gebaar te maken?

Voel je je er thuis bij, of juist ongemakkelijk of onwennig?

Voel je adem terwijl je dit gebaar maakt.

Stel je voor dat je zelfs tot in je handen kunt ademen.

Neem de tijd om gewaar te worden hoe dit gebaar je presentie ondersteunt.

Wissel nu van rol.

Je partner maakt nu hetzelfde gebaar.

Jij laat je eigen handen weer gewoon rusten.

Je neemt nu de gestalte van je vriend waar terwijl zij/hij het gebaar maakt.

Kijk niet naar details. Zoek niets.

Laat simpel de gestalte van de ander op je inwerken.

Adem. Neem de aanwezigheid van de ander waar in deze houding. Vertrouw op de informatie die via je wij-zintuig in je bewustzijn verschijnt.

Neem daarvoor enkele minuten.

Wat merk je op?

Wissel nu weer van rol.

Je linkerhand leg je met de handpalm naar boven als een kom onder je navel.

Je rechterhand en arm houd je op harthoogte met de handpalm naar buiten en naar voren gericht.

Merk de verandering in sfeer of energie op bij jezelf.

Je partner merkt de verandering op door naar je gestalte te kijken. Neem hier weer enkele minuten de tijd voor.

Wissel dan weer van rol.

Dit zijn twee gebaren uit de boeddhistische traditie (moedra’s genoemd),

Maar je kunt ook je eigen gebaren maken:

Richt je daarvoor b.v. op de kwaliteit geborgenheid, en laat je handen spontaan een gebaar maken dat voor jou geborgenheid uitdrukt.

Neem weer enkele minuten de tijd om present te zijn bij jouw persoonlijk gebaar.
Je vriend neemt waar hoe dit gebaar van jou op haar/hem inwerkt. Vertrouw op de fijnheid van jouw wij-zintuig.

Wissel dan weer van rol.

Richt je nu op de kwaliteit vrijheid, en laat je handen een gebaar maken dat vrijheid uitdrukt.

Experimenteer ook met kracht, verbondenheid, vriendschap, waardigheid.

Wat voor uitwerking hebben jouw spontane gebaren op je energie en stemming?

Maakt je partner wellicht een ander gebaar bij dezelfde kwaliteit?

Hoe is het om dit bij de ander waar te nemen?

Wat gebeurt er in jullie gezamenlijke aanwezigheid?

Sluit dan deze oefening af door kort uit te wisselen wat je bij jezelf en de ander hebt opgemerkt. Merk daarbij ook op wanneer de criticus actief is geweest. Merk het verschil op tussen de beweringen van de criticus en je werkelijke ervaring van jezelf en je wij-zintuig.

Heb je aanwezigheid geproefd? Wat ontdek jij in jullie gedeelde ruimte van zijn?

In de volgende blog verkennen we de wat stilte en vertraging voor ons mindful samenzijn kan betekenen. Klik hier om verder te lezen!

Deze blog is geschreven door Dorle Lommatzsch, hoofddocent aan de de Academie voor Open Bewustzijn.

De Academie verzorgt sinds 2010 opleidingen, workshops en trainingen op het gebied van mindfulness en communicatie. We zetten ons in voor vredesonderwijs en maatschappelijke vernieuwing in allerlei vormen. Klik hier en lees meer over ons aanbod.